Uit de oorlogsbrieven naar mijn moeder blijkt dat er in haar familie heel wat oud strijders waren: haar broer Achiel Vandamme en kozijn Jules Vandamme, zoon van haar nonkel August, eveneens haar nonkel Kamiel Dewitte en de gebroeders Kamiel, Joseph en Albert Verbeke, kozijns langs haar moeders kant.
( klik op Achiel Vandamme en Albert Verbeke voor stamboom)
Van kozijn Albert Verbeke zijn enkele brieven bewaard . Op 17 september 1915 schreef hij van uit het Depot des convalescents in Pourville waarbij hij laat weten dat zijn broer naast hem dood geschoten is.
"Nichte Alix, daar ik vandaag uw adres ontvangen heb van mijne maat Cyriel Capon kom ik u eenige woorden te sturen. Ik ben piot en heb al veel afgezien binst den oorlog maar waar ik nu ben is het goed. Ik ben nu in Pourville in een schoon kasteel en het is daar goed maar het was beter thuis .
Nu nichte Alix, ik weet niet als gij het al weet dat mijn broeder Kamiel dood is. Hij is dood geschoten in het mei maand nevent mij en dat was maar geel trieste voor mij. Maar ik koste er toch niet aan doen. Hij was met den slag dood.
En dan een maand later ben ik geblesseert geweest aan mijne voet en het is nu het 3e ospitaal waar ik nu ben en kan nog maar slegt gaan.
Nu Alix het zijn er daar nog kennisse waar ik ben. Het is Odiel Talpe en Jules Dewulf en ik ben daar ook dikwijls bij Victoor en Remi Verschaeve. Zij zijn ook soldaat en zijn daar maar een alf uur van waar ik ben. En 4 uuren van daar woont Robet Myttenaere. En Karel Capon is daar ook.
Met mijn broeder Joseph gaat het ook nog altijd goed. Doet de koplermenten aan uw ouders en al de kenissen van ons dorpke."
Na een brief ontvangen te hebben van Alix schrijft hij op 24 september:
" Geachte Nicht alix,
Gij schrijft mij dat gijder bijna tenden Frankrijk zijt en dat gijder daar allen zeer wel zijt het geen mij plijzier doet. Mijne ouders zijn ook in Frankrijk. Zij zijn bijkan aan de frontieren van Spanje. Het is maar een provinsi meer tussen. het is in departement Gers dat zij zijn en dat dorp heet La Louvetal.
Nichte , gij zegt dat ik niet veel moet pijzen op Marie. Ik pijze niet veel op ook maar toch alle dag ne keer en dat ik het moeten weten dak geen moeten soldaat zijn k had toch zeker al een jaar getrouw geweest
Nu nichte Alix, ik denk ook nog dikwijls aan die schoone zondagen dat wij in den Roobaard zaten en ons al te zamen goed amezeerden en nu is alles gedaan maar ik geef toch nog den moet niet verloren.
Wellicht ging hij wekelijks naar de Roobaert kaarten want onderaan zijn brief schrijft hij nog ironisch : "zegt tegen uw vader dat wij zullen een partie bien (kaarten) dinsdag en 3 jaar "
Een jaar later op 24 september 1916 schrijft hij van op het front na 9 maanden revalidatie als gekwetste met melding van gesneuvelde kennissen:
" Alix, het spijt mij van zoo lang gewacht te hebben van naar under te schrijven maar het is mijn volte (wil) niet. Als ik weg gegaan ben uit het ospitaal om naar het front te gaan ben ik uw adres verloren en nu zie ik ier op al mijn brieven en vind het daar terug. Het is al weer bijna een jaar dat ik op het front ben. Ik heb 9 maanden in het Ospitaal geweest.
Met mijne broeder Jozeph gaat het ook nog altijd goed en in mijn huis ook.
kweet nog eenige woorden nieuws. Misschien dat gij het ook al weet maar het is geen goed. Het is dat Camiel Debeuf die te Vertraetes met de peerden ging ook dood is en Victor Vanwalleghem die te Reine Myttenaars was ook. En ook nog twee jongelingen van onze parochie.
De koplementen aan uw vader en moeder en binnen weinige jaaren zijn wij weer op den Meulenhoek."
Den 28e februari 1917 schrijft hij van uit den tranchee in Boezinghe waar hij nu afgelost is:
"Alix, gij vraagt op uw laatste brief als ik nog al te mee ne keer lees (bid). Ja Nichte, ik lees nog alle dagen. Ik heb het nog niet vergeten"
Den 9 september 1918 is Albert gesneuveld nabij Adinkerke
Nota
O
Oudstrijder Camiel Cyriel Verbeke soldaat oorlogsvrijwilliger nr 101/60571, ° Geluwe 28/02/1895, fs. Ludovicus Camillus x Syx Marie Adele, 1914 1ste linie reg. 4de Cie/IV bon, 26/05/1915 + Kaaskerke omgeving Dodengang, Minoterie Petroleumtanks (+) Kaaskerke,
In 1924 werd hij begraven op het kerkhof van De Panne
De Belgische militaire begraafplaats van De Panne is een militaire begraafplaats van de Eerste Wereldoorlog in de Belgische kustplaats De Panne. Deze Belgische militaire begraafplaats telt meer dan 3.700 graven en is daarmee de grootste begraafplaats met Belgische gesneuvelden. De begraafplaats ligt naast de gemeentelijke begraafplaats van De Panne en heeft een rechthoekige vorm met een oppervlakte van 270 are.
In De Panne was vanaf december 1914 in hotel L'Océan een hospitaal van het Belgische Rode Kruis ingericht, dat bleef dienstdoen tot oktober 1919. Reeds in de oorlog zou deze begraafplaats aangelegd zijn in de duinen. Rond 1920 lagen hier ruim 1.400 Belgische graven. In de jaren 1920 werd de begraafplaats uitgebreid met gesneuvelden die werden verzameld uit onder meer Veurne, Booitshoeke, Kaaskerke, Oostkerke, Sint-Jacobskapelle, Sint-Rijkers, Westvleteren en Beveren en werden er officiële Belgische grafstenen geplaatst
"