TER INLEIDING


Deze 90 brieven zijn geschreven aan mijn moeder op de vlucht met haar ouders, broers en zussen diep in Frankrijk. Per geluk na moeders overlijden op zolder gevonden, werden ze ontrafeld, gelezen en herlezen, gesorteerd en verwerkt tot in een soms ontroerend verhaal in een niet meer te vergane digitale blog.

Het is het verhaal van mijn moeder als een 20 jarige dochter van “Pee” van de Roobaert ( 50 j. ) met zijn vrouw ( 45 j. ) , zijn dochter Marguerite ( 19j) en twee kleine kinderen Georges ( 4j) en Antoinette ( 2j.) Zoon Achiel , 16 jaar, werd opgeroepen in het leger en stierf aan de typhus opgelopen in de tranchés. ( Zie achiuelvandamme.blogspot.com ), Martha, 19 jaar was bij haar meester als dienstmeid gebleven en mee met haar patron op de vlucht in Duitsland. ;Vier jaar was zij lang zoek geraakt.

De brieven zijn niet van Alix maar zijn dikwijls antwoorden van brieven die zij heeft geschreven maar jammer genoeg bij de geadresseerde zijn gebleven.

De brievenschrijvers; soldaten, familieleden en vrienden uit de streek zijn treffende getuigen over de miserie , angst en het oorlogsgeweld met heel wat wensen op hoop naar vrede en terugkeer .

Volg dus geregeld deze blog: vluchtelingenpost.blogspot.com

woensdag 27 maart 2019

Brief van Georges aan zijn peter

Vandamme Georges en Antoinette waren kinders van  Mahieu Eugenie, de tweede vrouw van Jules
Zij waren in 1914 respectievelijk 4 en 2 jaar.
Als Georges dit briefje schreef was hij dus amper 7 jaar oud.
Vertheuil den 10 juni 1917

Leve peter,
Ik ben vandaag naar mijn meter gekomen om mijne kostuum te proberen voor de prozessie
Gij zouw mij moeten zien gij zouw waarlijk kontent zijn mij te zien hoe schoon ik ben en mijne zuster Antoinette ook. Wij lieve peter offer dit schoon werk aan den goeden God op.                                        Lieve peter ik sluit mijn briefje  en geeft uw duizen kussen van verre.
 Uw  doopkind Gorge Vandamme

EN KLAKJE VOOR GEORGE.....
Op 16/4/18 schrijft zijn broer Achiel ".....ik heb wel niet veel nieuws van George. Vraagt ne keer of  hij niet vergeten heeft van te schrijven. Als hij het vergeten heeft zal ik ook vergeten van een klakje mede te brengen. Ik zal hem ne keer schrijven en vragen.  “
Op 2/5/18 schrijft hij dat hij zal antwoorden aan George.

Een ander brief in het klad zonder datum:

Lieve peter,
Ik komt met groote plijtschap een klein gelt stuk op te zenden. Gij weet dat ik niet rijke ben en niet veel wind maar als ik groot ben zal ik u meer geven. dan zult ik wel werken. met ik en Antoinette gaat het geheel goed.
Uw doopkind Gorge

zondag 24 maart 2019

Wie zit waar in de Westhoek gevlucht



Honderd gezinnen waren uitgeweken naar Frankrijk. Meer dan 20 gezinnen verbleven in Normandie,
de overigen waren verstrooid in Bretagne tot in de Midi.Zo schrijft Emiel Huys in zijn
geschiedenis van Geluwe.
Velen zijn eerst naar de westhoek en Frans Vlaanderen gevlucht.

Op  13 juli 1917 schrijft Joseph Rosé van op het front.

Beste vrienden,

" Mijn ouders en mijn twee zusters Madeleine en Godelieve zijn hier in Vlamertinghe, Julia en Maria zijn in België gebleven en weten niet waar zij zijn. Remi die is in Zwitsreland in eene school en stelt het nog zeer goed. Anders van mijne familie is er maar mijn onkel Gustaaf Vandecasteele die hier in Crombeke is met zijn vrouw en kinderen. Scheerlyncks die zijn in Poperinghe .
Uw ouden gebuur Joseph Rosé C295 6e compagnie "

Het adres van mijn ouders is  Camiel Rosé  bij Mr Husdy, Dekkerij Vlamertinghe

Abeele  3 febr. 1915

" In drie weken van hier is het volk van onze streken zeer vermindert. De meerendeel zijn nu vertrokken en zowel rijk of arm, den doktoor Smet, vrouw en kinders, alsook Jules Casier en familie.....

St Omer  juni 1915

" Mijn vader, moeder en zusters zijn ook reeds in Frankrijk te Abbeville en Achlle zet er zijn stiel voort en wint er vele geld. De jongens gaan naar school en Jerome heeft zij eerste communie gedaan te Watou, den burgemeester met hel zijn familie alsook den doktoor Vanneste zijn ook al in Frankrijk 
Hier in St Omer vinden wij weinig vrienden en kennissen. Er mag bijna niemand blijven en hadde het niet geweest dat den brouwer famillie is van den burgemeester, wij gingen ook weggevoerd zijn. "

St Omer 6 september 1915

" Maandag laatste kwam ik een bende Becelaerenaars  tegen in stad.die kwamen zien voor kleeren in de Belgische Missie, het zij Jules Samain, Pirot Soete, boer Delau van bij den Nachtegael, den baas van de Keiberg en zijn schoonzoon, Charmes Hollevoet van den Oosthoek "

Vader en moeder en Arthur en Jeanneke zijn in Treport en stellen het altijd goed. Ze zijn in dezelfde stad van de burgemeester en Sylveer Durnez. Ja Alix, wij zijn ongelukkige menschen, alles kapot geschoten en vele achtergelaten.






zaterdag 16 maart 2019

Trieste maren over vrienden en kennissen



Familie en vrienden melden over de doden en slachtoffers in het binnenland  soms laconiek als een "fait divers" , soms aangevuld met de omstandigheden, (in den tranché, dood geschoten op zijn hof, door een obus soms ook tragisch zoals Elie Soete naast zijn broer in den tranché. Heel wat burgers zijn overleden aan de typfus.


Van uit Abeele  op 3 februari 1015 schrijft Odile lameire: : " Dien schrikkelijke oorlog die zooveele arme slachtoffers zonder recht of reden komt te maken.

Naamlijst van overleden vrienden en kennissen vermeld in de blog

  • Camiel  Zn van Karel Puype  -                                                                                          

  •    Cyriel van Soie Bulcke -                                                                                                                           

  • Elie Soete dood geschoten in den tranché naast zijn broer - 

  •    Frans Desmedt van den Oosthoek -                                                                                                                Hélène Denys van bij ’t onzent  ( Molenhoek)       

  •   Thérèse Buyse’s kind -                                                                                                              

  •      Camiel Debeuf die te Verstraetens met de peerden ging -                                                          

  •    Victor Van Walleghem die te Rène Myttenares was -                                                                                

  • Bruno Soens en dat onnoozel kind -                                                                                                      

  • De jongste knecht van D’hulsters -                                                                                                        

  • Charles Nuytten van de Gheluwe molenhoek -                                                                                    

  • De zoon van Jules Zoete en Jules Delthour, dood geschoten van de Duytsche omdat hij van zijn hof niet wilde gaan -                                                                                                                                               

  •   Paul Haverbeke en Charles Woestijn uit Becelaere en zijn vrouw ( schoonouders van Ernest dewulf) dezelfde dag begraven te Vlamertinghe -                                                                                

  •  Isidoor Vermont  de broer van Theofiel Vermont                                                                           

  •   De moeder van Camiel Dewitte-vermont is overleden in Pontoise -                                                         

  • Drie dochters van Charles Puypens zijn dood in het hospitaal in St Omer -                                   

  •   De knecht van Ingelbeens van Gheluwe, die te vrijen ging naar de dochter van August Vannoite, dood van de Typhus                                                                                                                           

  •  Alida Desmet van den  Oosthoek     en  meester Detrieu , -                                                                                                                                

  • Maurice en Elza Samijn -                                                                                                                       

  •  de vrouw van Camiel Samijn -                                                                                                          

  • Marie  Calies die getrouwd is met Ernest Masschelein en haar kindje -                                            

  • de vrouw van Vanfleteren  -                                                                                                                  

  •  de kleermaker van Gadeines van de Molenhoek -                                                                             

  •   de dochter van Jan Bechard. -                                                                                                   de man  van Marie Vanmeenen zijn broeder die getrouwd was met de dochter van Charles den timmerman 

  •      twee zusters van René Vervaecke, Martha en Cesarie -                                                                 

  •  Martha Goemaere van Terhand -                                                                                                                        

  •  de vrouw van Achiel Brouwers .                                                                                                     

  •   Albert en Camille Verbeke                                                                                                                 

  • En niet te vergeten: broer Achiel Vandamme in het Militair hospitaal van Antwerpen





Terug in het land en brieven naar Vertheuil.

Laatste brief  van uit Vertheuil volgens dit kladschrift op een rouwomslag is van 10 augustus 1919 zodat men tussen augustus 1919 en februari 1920 moet teruggekeerd zijn.


Tussen de brieven steekt deze in het klad geschreven  brief in het Nederlands naar de Franse zusters in Vertheuil , waarschijnlijk om hem te doen vertalen en versturen. De tekst heeft geen slotzin zodat hij wellicht niet volledig is.
Alix en Albert zijn getrouwd op 14 februari 1920 zodat deze brief later moet verzonden zijn.


Beminde zusters,

Gij zult zeer verwondert zijn geen nieuws van mij te ontvangen, geheel den zomer is bijna voorbij zonder niet het minste nieuws te geven. Voor mij is het niet schoon zoo lang te wachten, u geen nieuws te geven. Maar God weet dat ik u alle in mijne gebeden niet vergeet en ik u nooit zult vergeten.

Beminde zusters ik stelt het eerste klassen goed in mijn huwelijk. Ik hebt een braven man die in alles zijn betrouwen stelt op God en waar wij samen onze Goddelijke plichten kwijten het geen mijn grootste plijzier is.  Onze winkel gaat ten uiterste beste en in ons werk ook. Wij hebben deze zomer zeer wel geld gewonnen.

Het leven is in België zeer kostelijk maar de daguren  zijn ten oosten (hoogste?). Alle werkmannen  winnen 250 fr. te ure, het geld heeft geen weerde. Ik denkt dat dit alles niet lang meer kan duren. Alhier is er soms gesproken van nogmaals oorloge hetgeen mij niet zouw verwonderen.

Beminde zusters in België is er ook veel gebeden maar toch is het België verandert bij  vroeger maar surtou deze die in Frankrijk gevlucht geweest zijn, zijn al de slechtste wij moeten bidden voor hunder.
Wij zijn groot nieuws verwacht van Vertheuil zo gauw mogelijk.                                                       Hoe is het met de zusters em met soeur Marie en met al hunder beeste. Een weinige nieuws voor soeur Marie. Masseur hoe gaat het met de ? Zijn de vruchten goed gelukt en al uw bloemen en met al uw beeste. Is uw keuken nu al in het nieuw gedaan t is jammer dat het zoo verre is ik zouw u eens komen bezoeken met mijne man die u allen geeren zouw kennen maar t is ons  onmogelijk zoo verre. Mijn schoonzuster ( tante Valentine Dierynck) is naar lourdes gekomen met den bedevaart. Zij gaat alle jaaren.

Soeur Marie kunt gij mij geen plijzier doen van mij witte konijnen vellen te zenden naar Tourcoing. Ik zou u ook een plijzier doen als gij iets begeert. Ik zouwt een fourure maaken voor mijn neveke Albert.
Mijne man heeft 16 broeders en zusters waar er 5 van gestorven zijn, schuld van den oorloge en waar allen getrouwt zijn en laaten alle kinders achter. Er blijven nog twee dochters ongetrouwt, een die dient en de ander bij mijn schoonmoeder. De ander alle getrouwt en kinders. Zoo zouw ik wel weten aan wie een fgourure maaken.

Beminde zuster Marie in mijn huis is alles goed met vader en moeder, Martha en Margurite en Antoinette. Deze zijn alle in goede gezondheit en ook veel werk. Zij hebben de schoonste vruchten van Gheluwe. Al hunder land is kante en klaar. Marguerite werkt met de paarden gelijk aan vader. Zij is knecht thuis.


Een ander kladbrief naar de zusters in Vertheuil met de potlood geschreven wellicht om te doen vertalen lezen wij deze merkwaardige tekst:  

" .. met Antoinette gaat het geheel goed dikke vet. Zij komt de Zondag bij mij doorbrengen en somtijt in de weeke. Zij gaat naar de school, zij heeft al twee maal in de processie en was de schoonste. Het zal eene groote feeste zijn  in Gheluwe, de 2e zondag van October en zij zult moeten het portret dragen van de gesneuvelde soldaten.

Soeur Maria houdt gij nog altijd duiven, mijne man is ook liefhebber van duiven. Het zijn voyageurs, wij hebben al verschillende keer prijs gespeelt. Wij hebben nu 5 coppels. 't Is jammer dat gij niet kan komen.
 Ik zou ne keer willen dat gij naar het front komt.
Ik heeft ook bloemen maar voor alles weinig tijd om ze wel te bezorgen wat ik liefst zouw hebben dat gij mijne man kent.

Hoe is het met Marie en soeur ? Zijn ze bij u niet meer ? Ik heeft ook een brief en kaart gezonden en nooit geen antwoord maar ik heeft nog nooit naar M Landicke geschreven gezien ik getrouwt ben en ik durf niet meer.
Als ik hier in onze kapelle gaat denk ik nog altijd op hunder kapelle dat ik daar zooveel schoone gebeden gedaan heeft voor ouders broeders en zusters en voor mijn vaderland waar ik van God schoone dingen bekomen heeft die ik nooit zult vergeten.

Al het nieuws dat ik weet en verlang veel nieuws van u allen te ontvangen, zoo haast mogelijk, vergeef het mij dat ik zoo lang gewacht heb van te schrijven en met sr Gabriel hoop ik dat het voort wel gaat. Doet vele complementen aan al deze die ik kent.
De complimenten van vader, moeder en zusters die dagelijks voor u bidden.
Vele kussen van ons allen 
Albert Alix "

Jammer, deze brief is niet gedateerd en kan niet in de tijd geplaatst worden. Zij zijn getrouwd op 14 februari 1920





donderdag 14 maart 2019

Nieuwjaar wensen



Notre Dame de Vaudreuil 28 dec. 1917
Beste vrienden,
Nogmaals moet ik u mijne nieuwjaarwenschen zenden op papier, ongelukkig zulk eenen langdurende oorlog, daarom laten wij den moed niet vallen. Zodus bieden wij u allen onze beste wenschen voor het jaar 1918, eene bloeie”nde gezondheid, voorspoed in alle uwe ondernemingen dat ge na den oorlog kunt afkomen met de dikke beurze en het bijzonderste van al dat ge mocht terugkomen naar België met gansch de menage gelijk ge weggevlucht zijt. Dit is de grootste schat van al voor mij want er zijn reeds genoeg burgers en soldaten dood.”
Odile Lamaire

Vertheuil 29 dec. 1917
Beminde broeder Achiel,
Ik neem de pen in mijn hand om u een nieuwjaar te wenschen. Ik wensch u alle gelukken dat de goede God u geven kan. Dat het jaar 18 zouw mogen ene jaar van vreede en bijeenkomst zijn. Dat God u zouw mogen van het front houdenen u de gezondheid en vele courage geven. Aanveerd beminde broeder mij beste nieuwjaarwenschen van ons allen.
Alix

2 jan 1918
Met de vernieuwing van het jaar is het nogmaals dat wij moeten schriftelijk een nieuwjaar wenschen. ‘t is te hopen dat het de laatste keer is. Beste Neef ik moet u ook meedelen het droevig nieuws dat onze broeder Isidoor Vermont-Vanrobaeys dood is na zes maanden ziek te zijn en ook gans alleen zonder vrienden of kennissen.  Welk een verdriet met dienen oorlog.

Front den 20 januari 1918
Jonkvrouw Alice,  Met de vernieuwing van het jaar neem ik de gelegenheid te baat mij tot u te wenden teneind u en geheel uw familie mijne beste wenschen van gezondheid en geluk voor het jaar 1918 aan te bieden. Mogen wij hopen dat binst den loop van dit jaar wij den vrede zouden zien aankomen Nemen wij moed jonkvrouw. Bang was onze nacht in het verleden, donker schijnt nog de toekomst maar geheel in de verte schittert een lichtend punt, een lichtje dat weldra grote zal worden en zich weldra in een blinkende zon zal ontboezemen. Het is de zon van oneindige vreugde die zich aankondigt                                                                                                  Leon Hosdez





29 dec 1916
Ik zit nog altijd in het Camp d’Auvours met mijnen voet en zweren op mijn benen. Maar ik denk wel dat ik zal genezen zijn binnen 3-4 weken want ik ben het lelijk moe. Hier moet ik hele dagen in mijn bed van den doktoor maar dat hangt mijn klooten uit. Ik ben nu niet meer benauwd van naar het front te gaan want al de mannen van de klasse 6 en 7 gaan bij de artillerie en dat is nog al goed wij zullen in geen tranché moeten zitten. Ik wens hulder allen een zalig nieuwjaar en dat we van dees jaar mogen weer keren naar onze streke. Ik wens u ook ene schoone trouw en een fermen man binst het jaar
Thgeofiel Vanmeenen


In het camps d'Auvours



Het kamp van Auvours werd voor de oorlog als oefenterrein gefrequenteerd door verschillende Franse regimenten. Op het einde van 1914 werd deze plaats het belangrijkste opleidingscentrum voor de infanterie van het Belgische leger (5 à 6.000 rekruten). Eerst sliepen zij in tenten en later in barakken.

Het lag in een bosrijke omgeving daarover schrijft Theo Vanmeenen  24 ,ov. 1916

 “ Hier in het camps d’auvours zitten wij tussen de bosschen en boomen en ik zie nooit niet anders of soldaten en het vrouwvolk is hier verre van ons. En als wij nog een zouden zien, het is een oude van 83 jaar of van 106 en dat is al een beetje oud voor ons".

Een normale dagorde van het kamp bestond uit:                                                                                      06.00u Reveil
07.00u Brood en koffie
08.00u tot 11.45u Verzamelen en oefeningen 
 12.00u Soep uit de “ gamelle “ en wat brood
13.30u tot 17.00u Verzamelen en oefeningen
17.00u tot 18.00u Theorie
18.00u tot 20.00u Avondmaal en uitgaanstijd
De oefeningen konden ter plaatse zijn in het kamp maar bestonden ook uit dagmarsen op verplaatsing. Vaak door regen en wind. Er was niet alleen het ploeteren door slijk maar tevens het immer aanwezige hongergevoel.

.”Verschillende vrienden soldaten verbleven voor hun opleiding in het Camps d’auvours. Enkelen waren er voor verzorging na een kwetsuur zoals o.a. Theofiel Vanmeenen en Joseph Rosé en Leon Hosdez

Theofiel Vanmeenen laat weten dat hij nog steeds in het kamp is;  9 dec 1916

Ik zit nog altijd in het Camp d’Auvours met mijnen voet en zweren op mijn benen. Maar ik dank wel dat ik zal genezen zijn binnen 3-4 weken want ik ben het lelijk moe. Hier moet ik hele dagen in mijn bed van den doktoor maar dat hangt mijn klooten uit. Ik ben nu niet meer benauwd van naar het front te gaan want al de mannen van de klasse 6 en 7 gaan bij de artillerie en dat is nog al goed wij zullen in geen tranché moeten zitten. “.

Ook Joseph Rosé C 295 6e compagnie werd er verzorgd. Van op het front schrijft hij

Front den 18 juni 1917

“ Beste Vriendin
Ik zou al lang geschreven hebben maar Ik vond het niet meer en heb uw adres gekregen van Theofiel Vanmeenen waar ik geweest ben in het Camp d’Auvours als ik geblesseerd was. Ik ben u weer al genezen en terug op het front. Mijn blessuur is niet erg geweest, een beetje aan mijn been van een granaat. Ik ben er maar een goede twee maanden achteruit geweest, een schoon carotje, een mensch rust een beetje uit met zo achteruit te gaan. Met mijne ouders gaat het nog altjd goed. Uw toegenegen vriend. “
Het waren niet alle jonge rekruten zo schrijft Leon Hosdez :
 “ Hier komen er hele dagen toe, burgers jonge en oude om hulder dienst te leren voor soldaat. Achiel heb ik hier nog niet gezien.. Het is toch jammer voor die mannen die nu bijna grijs zijn en nog hulder dienst moeten leren. Den dikken Capon is hier ook geweest in het Camp maar is al lang naar het front,”



















maandag 11 maart 2019

De gazet "Ons Vlaanderen" voor vader.


In juli 1916 schreef Maria Vanmeenen naar vader Vandamme die een abonnement wou op de
Gazette "Ons Vlaanderen" .

" Ziehier het adres van de gazette  Ons Vlaanderen, Rue de Charonne Paris.
Ge moet ook naar de post gaan achter een mandaat en ook bij den brief steken. Het is 2fr.25 voor 6 maanden en een stempel op de brief doen en ook een adres zetten want zij zouden niet weten waar zenden" .


Men, :moest wel vroeg opstaan om zijn godsdienst te beoefenen
Hierdoor weten wij dat men nog tot in augustus 1919 in Vertheuil was.



en

zondag 10 maart 2019

Over de schrijftaal, stijl, en het dialect in de brieven.


Bijna steeds begint men hun brief met een inleiding als: “ Ik neem de pen ( of potlood) in mijn hand
om u enkele reken te schrijven en de staat mijner gezondheid kenbaar te maken verhopende dat
u de brief in dezelfde staat zal vinden.”                                                                                                                                                            
 Als  slot schrijft men:: “ Ik zal mijn brief sluiten de hand van verre reikende”. Soms staat er bij “
en later of als de oorlog gedaan is  van dichte” of  “ ik ga sluiten met de pen en niet met het hert”.
Er zijn ook een paar andere meer zeggende slotzinnen zoals die van soldaat Leon Hosdez
“ Ziet in korte woorden uit het diepst van mijn hart voor u en geheel uw familie en welke ik u  bid
aan te nemen.”
of van soldaat Sylveer Durnez: “  Nu sluit ik mijne brief met de pen maar niet met het hart. I
n achting groet ik u.
 Papier vertrek van hier
door water, velden en wind
tot dat het zijn neeve Moritz Buyse vindt; “.

Dikwijls zijn het antwoorden op brieven die zij van Alix ontvangen hebben dan leest men
“ Ik heb met veel plijzier uw brief ontvangen ziende dat gij nog allen in goede gezondheid zijt”..
De brieven  zijn geschreven in het dialect en zoals men spreekt ook met tussenwoorden als
Nu, Alix..., en “ Gij zegt of gij vraagt “ en in de stijl van deze tijd.
Zo typeert men dikwijls de persoon om duidelijk te maken over wie het gaat zoals " de krulle Bostijn"
of " den dikke Capon" , de kleermaker van Terhand, " die te Scheerlings met de paarden gaat " of
" die te vrijen gaat naar de dochter van .." , boer Deleu van bij den Nachtegaal, de baas van de Keiberg

Soms is het vlug gekrabbeld op willekeurige blaadjes en bij soldaten aan gebrek aan papier of een
comfortabele schrijfplaats of tijdens zijn oponthoud aan het front.          
Men schrijft zonder leestekens ( punten en komma’s) , kennen de regel van d-t niet  noch
het verschil tussen de "g" en "ch". en de enkele of dubbele klinkers bv. “ Wij hoopen of  weeder
keeren” .Om een betere leesbaarheid heb ik leestekens ingevoegd. Heel dikwijls is in de datum  
het jaartal omgekeerd zoals 1961 i.p.v; 1916
Uit de lanbouw heeft men: 300 lans en 130 aren land, 20 gemeten vlas om te slijten, roten en
te zwingelen, beeten (bieten) en bitraepen , aale voeren in een aalput,, een zwingel van de wagen,,
een kartang (soort landbouw werkman),
Verder: geen sou trekken , niet kooplikke veel te diere,  korte patienen ( klompen), een palto
( mantel) een contremaitre ( onderchef).
Soldaten  spreken van zijn karot trekken met zijn blessure, dat hangt mijn klooten uit, tranchee
en prisoniers, in repos komen,de barieren (slagbomen), couverts (dekens),, hoe is de sporte in het
wiel gekomen, het is een bitje geleen.   zij gaan beginnen te attakieren e                                                                                     
En op zijn Gilws...
Jul, ik zouw moeten ( moest ik) ene wagonk heen (hebben) voor dat g’antworde weere
heed( heeft) ik zouw niet wachten want het zouw altermee lang duuren heer (vooraleer) wij nog nekeer een wagonk heen.(hebben)”Het is voor mij stijf wel, wij zullen dan de ruze( moeite)
betalen”;

vrijdag 8 maart 2019

Hoop en vertwijfeling op vrede

“ Hopen dat binst den loop van dit jaar wij den vrede zouden zien aankomen “


  Ik heb een brief ontvangen van Cyriel Soenen en hij zegt dat er zoveel Russensche soldaten zullen toekomen en dat er al veel toegekomen zijn van Oostralie en ook veel Canadeezen. Als men dat al hoord men zouw pijzen dat de wereld ten einde is. Het is maar gelijk gij zegt wien hadde het eens gedacht als zij alleen binnen geroepen waren, wij mochten wel denken dat zij in vier gingen weeder zijn, het zal vier jaar zijn voor dezen die nog leven want hier zal het eindigen, het zullen nog veel menschen hun leven verliezen.
30 april 1914 Theofiel Vanmeenen


Dien schrikkelijke oorlog die zoovele arme slachtoffers komt te maken, verhopende
beste vrienden,dat u allen in goede gezondheid bevindt en met de beste courage bezielt zijt
drukken wij u allen de hand van verre met de goede hoop malkaar wellicht op onze streek
te zullen weder zien en beste vrienden zullen blijven gelijk wij altijd geweest hebben.
Abele 3 februari 1915 Odile


Het zou alligte mogen gedaan zijn met diene langdurige oorlog want ik ben het al lang moe maar
het komt nooit geen verandering;  
  Pourville 17 september 1915 Albert Verbeke


Ik wens hulder allen een zalig nieuwjaar en dat we van dees jaar mogen weer keren naar onze
streke. Ik wens u ook ene schoone trouw en een fermen man binst het jaar.
Maria Vanmeenen januari. 1916


Wanneer gaan wij ons huis weeder zien en zijn gelijk van voor den oorlog niet waar. Zij zullen
maar staan van oorlogen als de menschen al dood zijn. Zer zeggen dat den oorlog nog gemakkelijk
twee jaren kan duren zo moeten wij nog iop ons huis niet peizen, ik geloof dat wij op het leste van
de wereld zijn.                                                                                                              
   Oktober 1916  Maria Vanmeenen

Nichte Alix,

De koplementen aan uw Vader en Moeder binnen weinige jaaren zijn wuij weer op den
Meulenhoek
Front 22 november 1916 Albert Verbeke


Ik ben curieus als het daar ook zo stijf gevrozen heeft. De menschen alhier hebben 13 weken niet
kunnen werken. Het is nogal triestig als het zo koud is zonder een stoof. Het ware te wenschen dat
we te naaste jaren weer in ons vaderland zijn om een keer malkander ons lief en leed te vertellen
Wij kunnen het op geen papier schrijven welke wrede dingen het zijn in dat Frankrijk     
 Maria Vanmeenen 11 nov. 1916


Ik geloof, mijn ziele,  dat den oorlog nog in de eerste vijf jaar zal gedaan zijn.    
 Augustus 1916 Cyriel Vermont


Als ik zal komen zal den oorlog misschien al gedaan zijn. Hij kan toch niet blijven duren.
21 april 1917 Gerard Bogaert

Tranchée  28.02.1917

Beminde nicht ik hoop dat het met u allen nog goed is anders zou het mij veel verdriet doen.
Surtout nu dat den oorlog bijna gedaan is  en dat wij allicht zullen mogen were keren
naar ons land en dat wij al te gaar eens kunnen ons goed vermaken. Ze zeggen dat den oorlog
bijna gedaan is maar ik weet dat ook niet maar ze zeggen dat hij alleszins van deze zomer  zal
gedaan zijn. Het is te hopen dat het mag waar zijn.

Remi van nonkels schrijft ook.  Hij zegt “ Voor den oorlog deden wij de haantjes de sporen aan voort te vechten en nu hebben wij ze

aan voor de Keizer den kop af te trekken. Voor mij  is het beste daarop niet veel te peizen en denken dat den oorlog wellicht zal gedaan zijn en zullen weederom middel vinden om terug
naar Belgie te keeren en ons naastbestaanden te vinden die  jammerlijk zoo lang van ons gescheiden zijn.
24 november 1917 Odiel Lameire


Front den 20 januari 1918
Jonkvrouw Alice,
Met de vernieuwing van het jaar neem ik de gelegenheid te baat mij tot u te wenden teneind u
en geheel uw familie mijne beste wenschen van gezondheid en geluk voor het jaar 1918 aan te
bieden.Mogen wij hopen dat binst den loop van dit jaar wij den vrede zouden zien aankomen
Nemen wij moed jonkvrouw. Bang was onze nacht in het verleden, donker schijnt nog de toekomst
maar geheel in de verte schittert een lichtend punt, een lichtje dat weldra grote zal worden en zich
weldra in een blinkende zon zal ontboezemen. Het is de zon van oneindige vreugde die zich
aankondigt


Leon Hosdez