Op briefpapier van de fabriek Usine du Radet à Maule scheef Adeline Lamaire
Le Vaudreuil(Eure) november 1917
Alix,
Wat peinst gij nog van den oorlog. Gaan wij allicht nog tot malkaar kunnen komen ? Dat duurt toch zoo lang en altijd hetzelve. Het zijn al die arme soldaten die da ar in de koude en natte zijn en alle dagen hun leven moeten reschieren.
Nu hoe is het nog met al uwe vrijers. Gij zegt er zoo weinig van en ik die daarin zoo cureuse in zijt. Het is jammer dat wij zoo verre zijn. Wij zouden, dikwijls er van doende zijn. Remi van onckels schrijft altijd de complimenten aan ons Lieske. Wien hadde dat gepeist dat hij nog zooveel courage gin hebben en zoo snel hij staat. Hij heeft zijn portret gezonden en waarlijk hij is snel.
En Gerard Boogaert als hij komt hij vraagt altijd hoe het gaat met u en als gij niet en vrijt. Maar mij dunkt dat hij schrijft ,naar u. En Capon, hoe is het nog, komt hij nog naar u. Mij dunkt dat hij nog den naasten is niet waar.
In onze menage is het nog altijd hetzelve en met moeder ook. Zij is nog niet verander, altijd het zelve. En met u, hoe gaat het nog, Gij hebt zeker ook wel druiven mogen eten. Het is jammer dat het zoo verre is, gij hadde er een pander ( mand) kunne zenden. Ik heb dikwijls er op gepeist nu de winter komt en van alles gedaan is met het fruit.
Alix, hoe is het met uw broeder Achille. Het is lang dat wij geen nieuws er van gehad hebben er van. Het bis triestig als men er op peist.
Uw beste vriendinne Adeline Lamaire
Geen opmerkingen:
Een reactie posten