TER INLEIDING


Deze 90 brieven zijn geschreven aan mijn moeder op de vlucht met haar ouders, broers en zussen diep in Frankrijk. Per geluk na moeders overlijden op zolder gevonden, werden ze ontrafeld, gelezen en herlezen, gesorteerd en verwerkt tot in een soms ontroerend verhaal in een niet meer te vergane digitale blog.

Het is het verhaal van mijn moeder als een 20 jarige dochter van “Pee” van de Roobaert ( 50 j. ) met zijn vrouw ( 45 j. ) , zijn dochter Marguerite ( 19j) en twee kleine kinderen Georges ( 4j) en Antoinette ( 2j.) Zoon Achiel , 16 jaar, werd opgeroepen in het leger en stierf aan de typhus opgelopen in de tranchés. ( Zie achiuelvandamme.blogspot.com ), Martha, 19 jaar was bij haar meester als dienstmeid gebleven en mee met haar patron op de vlucht in Duitsland. ;Vier jaar was zij lang zoek geraakt.

De brieven zijn niet van Alix maar zijn dikwijls antwoorden van brieven die zij heeft geschreven maar jammer genoeg bij de geadresseerde zijn gebleven.

De brievenschrijvers; soldaten, familieleden en vrienden uit de streek zijn treffende getuigen over de miserie , angst en het oorlogsgeweld met heel wat wensen op hoop naar vrede en terugkeer .

Volg dus geregeld deze blog: vluchtelingenpost.blogspot.com

zondag 24 januari 2021

Nieuws van soldaat Joseph Rosé

 Front 13 juni 1917

Beste vriendin,

Ik zou al lang eens geschreven hebben maar ik had uw adres niet en ik heb het nu bij toeval gekregen van Theophiel Vanmeenen waar dat ik bij geweest heb in Frankrijk in het Camps d'Auvours als ik geblesseerd was.                                                                                            Ik ben nu al wederom genezen en terug op het front. Mijn kwetsuur heeft niet erg geweest, een beetje aan mijn been van, een granaat. Ik heb er maar een goed twee maanden mede achteruit geweest, een schoon karotje. Ne mensch rust er wat mee uit bijzonderlijk als het niet te erg is.

In afwachting van een klein antwoordje van u terug te ontvangen bied ik u mijne beste groeten.

Uw toegenegen vriend,

Joseph Rosé C 292 Compagnie 


Front 13 juli 1917

Beste vriendin,

Ik kom nog eens het potlood in mijn handen te nemen om u te laten weten dat ik nog altijd in volle gezondheid ben alsook mijne ouders en mijn twee zusters Madeleine en Godelieve die hier in Vlamertinge zijn bij Vader en moeder.                                                                  Julie en Maria zijn in Belgie gebleven en wij weten niet waar zij zijn en Remi die is in Zwitserland in eene school en stelt het ook goed. Anders is er maar mijn onkel Gustaaf Vandecasteele die hier in Crombeke is met zijne vrouw en kinderen.

Gij vraagt mij ook nog hoe het gaat met de Pattou's. Daar weten wij niets van. Scheerlyncks zijn in Poperinghe en stellen het ook nog geheel goed.                                                           En om naar de Roobaert terug te keren zult gij nog wat moeten wachten want ik geloof wel dat geheel dien boel daar zal aan stukken geschoten en geslagen zijn.

Ook heb ik nog gezien, Alice, dat uwen broeder Achille ook soldaat is. Tegen dat hij naar het front zal moeten komen zal den oorlog misschien al gedaan zijn. Hij kan toch niet blijven duren.

Ook Alice denk ik dat sedert dat gij nu in Frankrijk zijt, dat gij al lang ne franschman opgesnakt hebt. Daar zijn zo nog al vele lieflijke jongens bij die nog al veel houden van de Belgische meisjes.

Ik geef u hier van onder het adres van mijne ouders:

Cyriel Hasdy voor Camiel Rosé  Melkerij Vlamertinge

Uw ouden gebuur Joseph Rosé

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten